Hoofdstuk 25

Door op het kaartje te klikken wordt deze vergroot. Het kaartje geeft een duidelijker beeld waar het operatiegebied precies was van de Noren.

In februari en maart 1945 was het weer dermate slecht, dat de voorzieningen in BA II en (later BA III) ondermaats waren terwijl er wel een toestroom opgang kwam van Noren. Het oppercommando in Londen overwoog een aantal opties om voorzieningen over te brengen.

  1. Zweefvliegtuigen met voorraden te laten landen op het bergplateau;
  2. Onder bescherming van de nacht en de marine een landingsboot vol met voorraden naar een bestemde plaats in de fjord daar te laten varen, te lossen en daar te laten zinken;
  3. Eén van de drie Noorse torpedobootjagers zo ver de fjord in te sturen met voorraden.

Al deze plannen werden onderzocht, waarbij plan 3 werd afgewezen omdat er bijna altijd één van de drie torpedobootjagers in onderhoud was op de Shetlandeilanden. Het gevaar zou bestaan dat een van de twee torpedobootjagers bij de operatie door de Duitsers vernietigd zou worden. Andere verzetshaarden in Noorwegen rekenden eveneens op de ondersteuning van de Noorse marine.

Gelukkig klaarde het weer enorm op eind maart en in april. Op het continent verliep de oorlog voor de geallieerden voorspoedig waardoor capaciteit vrijkwam bij de Britse- en Amerikaanse luchtmacht om BA III te kunnen bevoorraden.

Aanvulling 24 april 2019: even iets rechtzetten

Op pagina 250 wordt geschreven dat de vliegtuigen met de droppings vermoedelijk van het geheime vliegveld Tempsford vertrokken. Toevallig stuitte ik in het boek van Thomas Nielsen (ooit zelf deelnemer aan BW) op een verwijzing, dat alle 17 toestellen die in de nacht van 14 op 15 april vertrokken om hun voorraden te droppen, afkomstig waren van de basis Great Dunmow in Essex. Die nacht werden 119 containers en 28 pakken gedropt. Die containers zouden ongeveer 130 kilo hebben gewogen (container + inhoud). Alle droppings die bestemd waren voor BW vertrokken indertijd niet alleen van Great Dunmow, maar ook van de vliegvelden Rivenhall, Earls Colne, Shepherds Grove, Tarrant Rushton en Harrington. Het vliegveld Harrington werd door de Amerikanen gebruikt. In de nacht van 29 op 30 januari 1945 steeg vanaf Harrington een B-24 op, die twaalf containers en pakken dropte voor BW. 24 maart stegen nog eens vijf B-24 Liberators op om hun voorraden te droppen die precies op de juiste plaats terecht kwamen binnen BW. Het was de US 8th Airforce 801 en 492-ste bombardementsgroep genaamd ‘Carpetbaggers’ die vanaf Harrington vlogen.

Aanvulling 19 mei 2019: dropping(s)

In de toelichting onder punt 40 (blz. 271) wordt weergegeven de (ook geslaagde) droppings in Nederland en Noorwegen. De laatste Special Duty vlucht, uitgevoerd door SOE naar Denemarken, werd gevlogen op 26 april, maar de allerlaatste door het 161 squadron (Tempsford) in de nacht van 2 op 3 mei 1945 naar Bjørn West in Noorwegen. Daarna werden geen vluchten meer uitgevoerd die als doel hadden wapens, agenten of voorraden te droppen in bezet gebied. Bron: Bak de tyske linjer van Thomas Nielsen.

Aanvulling 9 juni 2019 (Litlematrestølen)

Door op de foto te klikken wordt deze vergroot. De foto geeft een duidelijk beeld waar het precies gebeurde. De Duitsers trokken door het dal richting het punt vanwaar de foto werd genomen. De bedoeling was een omtrekkende beweging te maken en de Noren in de rug aan te vallen.